Tulpen uit Amsterdam?

Uit Amsterdam? Ze komen van oorsprong uit Turkije, worden massaal gekweekt op het vlakke zand achter de duinen, te kijk gezet in de Keukenhof, verhandeld op de veiling Flora in Rijnsburg en door groothandels geleverd aan de bloemenstalletjes. Ook die in Amsterdam, ja. Na de narcissen en de hyacinten zijn het nu de tulpen die kleur geven aan tuinen, perken en vooral bollenvelden die nog steeds voor meer dan de helft met tulpen zijn beplant. Nog steeds, want ze staan er al even, zij het niet op de huidige schaal: dat begon in de tweede helft van de 19e eeuw.
In de slipstream van de industriële revolutie en de daarop volgende modernisering van de landbouw, werd ook de bollenkweek in West-Nederland grootschaliger. Die had zich daar al in de 17e eeuw gevestigd. Nu zijn er ook bollenvelden in de Noordoostpolder, in de kop van Noord-Holland, op de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden en diverse andere plaatsen. De bloemen die daar gratis zijn te bezichtigen, komen overigens niet in de winkel. Bollenvelden zijn er voor de bollen en de bloemen worden 'gekopt' (vroeger: met de hand verwijderd, nu: afgemaaid), zodat er geen zaadvorming ten koste van de bollen plaats kan vinden. Tulpen voor in een vaas - 'pluktulpen' - komen van speciale bedden.

De tulp komt zoals gezegd uit Turkije, waar hij al vroeg in allerlei varianten werd gekweekt als teken van rijkdom van de heersende sultans. De Tulipa gesneriana is de stamouder van vrijwel alle bekende tulpenvarianten. De naam Tulipa komt van tulipan = tulband. Halverwege de 16e eeuw kwamen de eerste tulpen naar Europa, België om precies te zijn. Vermoedelijk kreeg de Vlaamse edelman De Busbecq, die als diplomaat voor het Oostenrijkse hof in Turkije was, ze als geschenk van de sultan. De Busbecq deed er een aantal cadeau aan de beroemde Clusius en toen die hoogleraar en kruidentuinbeheerder aan de Universiteit van Leiden werd, nam hij ze mee en experimenteerde in wat nu de de Leidse Hortus is. Op een nacht werden ze gestolen en dat was het begin van de commerciële teelt in Nederland.
Al gauw werd de tulp hier geliefd en gewaardeerd, wat blijkt uit zijn voorkomen op vele schilderijen en de tulpen-albums. Maar zijn populariteit bleek het duidelijkst in de handel, die in de dertiger jaren van de 17e eeuw, toen er grof gespeculeerd en er duizenden guldens per bol werden betaald, geheel uit de hand liep. De markt stortte in, vele malen harder dan bij het recentere leeglopen van de internetbubbel. De tulp zelf bleef echter populair en de kweek van nieuwe varianten hield aan.

Tulpen uit Amsterdam? Een van oorsprong Duits lied uit de 50-er jaren, geschreven door een - blijkbaar enthousiaste - bezoeker aan de bollenstreek. Al snel kwam er een Nederlandse vertaling die door Herman Emmink algemene bekendheid kreeg. De Belgen hadden dus de bollen het eerst en de Duitsers de tulpen uit Amsterdam. En de Nederlanders? Die maakten het groot, handel is handel.

Tags: