In de wind
za, 01/25/2020 - 22:48 — TeunOp een paar dagen per jaar na waait er op Bonaire altijd wind, passaatwind. Om water op te pompen uit de vele 'putten' op het eiland, met name voor de bescheiden landbouw, waren windmolens dan ook ideaal.
dichter-bioloog
dicht, schrijft korte verhalen, tekent, schildert.
Is waarnemer van het gewone dat nooit gewoon is en erom vraagt in woord en beeld te worden vastgelegd.
Op een paar dagen per jaar na waait er op Bonaire altijd wind, passaatwind. Om water op te pompen uit de vele 'putten' op het eiland, met name voor de bescheiden landbouw, waren windmolens dan ook ideaal.
Het meeste blad is allang gevallen, ook van de vlier. Maar de sterkste vlieren houden de bladeren aan het uiteinde van hun hoogste en jongste takken nog even vast, zelfs na een voorzichtige vorstaanval. Het is een mooi gezicht hoe zij als het ware met de vliervlag in top onverschrokken de winter ingaan.
Niet meer dan een paar hebben het tot de Kerst volgehouden en het zou goed kunnen dat ze al verdwenen zijn als jij dit leest. Toch wilde ik ze even laten klingelen, deze moedige kerstklokjes, bloemen van Fuchsia magellanica die als enige fuchsia hier de winter overleeft.
Geen bloem gezien, aan deze klimstruik die met zijn bonte bladeren tegen gevels ligt gevleid, een tuinbewoner die je met niks natuurlijks associeert. En dan plotseling die opvallende vruchtjes.
Hij doet het altijd in deze tijd van het jaar, de klimop: hij bloeit. Net als je het niet meer verwacht, eigenlijk helemaal niets meer verwacht op bloeigebied, vouwen de kleine ronde knopjes zich open.
Het heeft iets naargeestigs, de herfst, maar die heeft ook zijn mooie kanten. Als de zon schijnt trekken de verkleurende bladeren natuurlijk de aandacht, maar als het regent - of liever kijk je als het daarmee is gestopt - zijn het de prachtig glimmende druppels die overal hangen. Zomaar.
Achter die prachtige naam, de herkomst is onduidelijk, bloeit een uit de kluiten gewassen familielid van muurpeper en wit vetkruid. Allemaal Sedums. De wilde hemelsleutel, Sedum telephium, houdt van bermen, rivier- en spoordijken.
In het Nederlands heet hij gewoon rolklaver. Gewone rolklaver zelfs. Maar zo gewoon is hij niet, al was het maar omdat zijn wetenschappelijke naam Lotus is, mooier kan bijna niet. De goudgele vlinderbloemen zijn prachtig en relatief groot.
Het Jakobskruiskruid kleurt de zandige bermen en weilanden goudgeel. Dat zomerse schouwspel bevat ook nog een extraatje: de zebrarupsen. Uitgevoerd in het zelfde goudgeel en zwart, echte zebra's zouden er jaloers op kunnen worden, kruipen zij over hun vaste gastheerplanten om hun gestreepte buikjes rond te eten.
Bossen en rivieren, echt Oregon. Natuurlijk, er zijn ook sneeuwbergen, meren en woestijnen, maar eerst komen de bossen en de rivieren, eindeloos en vanzelfsprekend, geurend en ruisend, zachtjes krakend en schuchter fluitend.