Agave, de levendbarende

De levendbarende wordt hij genoemd, vivipara, de agave met zijn metersbrede en tot twee meter hoge, ongenaakbare rozetten, blauwig van het koninklijke bloed dat door de vaten stroomt, het met stekels gekroonde toonbeeld van een eeuwig, onaantastbaar leven. Tót hij bloeit. Als de boomhoge bloeistam uit zijn hart ontspringt, moet hij sterven. Maar niet voordat hij zijn gele bloemen heeft laten zien en kant-en-klare baby-agaves zijn verschenen. Als hij dan uitgeput kapseist, vallen de jonge agaves op de wachtende grond om bij de eerste bui wortel te schieten.
En zo leeft de oude plant in veelvoud voort.

De agave is al heel lang een vertrouwd gezicht in landen aan de Middellandse Zee en ook noordelijker - meestal in kuipen - in orangerieën en op beschutte plekken. Maar in het wild groeien de agaves alleen op het Amerikaanse continent en dan vooral in Midden-Amerika. In Mexico komen de meeste soorten voor. Daar groeit ook Agave sisalana, leverancier van het sisaltouw, in plantages op Yucatan, natuurlijk ook bij het kustplaatsje Sisal. En vanzelfsprekend ook de legendarische Agave tequilana, waaruit de tequila wordt gestookt. Maar er zijn vele andere soorten, grote en kleinere: allemaal rozetvormende succulenten - vetplanten - die voor het overleven van langdurige droogte veel water in hun dikke bladeren kunnen opslaan.

Op Bonaire is het vooral de grote Agave vivipara die zijn robuuste rozetten als markeerspelden in het landschap heeft gezet, diep van binnen verlangend naar hun moment van glorie, het ook zo fatale moment van glorie.

Tags: