De groene kikker, ja, die is bekend. Wat heet: het is de kikker die de hoofdrol speelt in kinderboeken en tekenfilms, de kikker die zich nooit ver van het water waagt en daar het liefst een beetje in blijft drijven met de ogen als periscoop boven het wateroppervlak. Het is de kikker van het kwaken, van de opgeblazen wangen en van dat zomerse avondconcert. Eigenlijk is er niet één, maar zijn er twee soorten groene kikkers, die echter zo moeilijk uit elkaar zijn te houden dat groene kikker een adequate verzamelnaam is.
De bruine kikker, ja, die is ook wel bekend. Dat is de kikker die het water na de voortplantingsverplichtingen verlaat en overal te vinden is waar hij weg kan kruipen, waar plekjes met vocht zijn en plekjes met schaduw. Het is de kikker die je gewoon in je tuin kunt tegenkomen en die heel talrijk is, veel talrijker dan de groene. En altijd herkenbaar aan de donkerbruine vlek achter de ogen.
En de gele kikker? Tja, deze sprong tevoorschijn uit een bloempot in mijn achtertuin, dus de gele kikker bestaat. Maar hij bestaat ook weer niet, want het is een variant van de bruine kikker. Het is een gele bruine kikker dus, die zo 'ont-bruind' is dat zelfs de bruine vlek achter de ogen een gele vlek is.
- « Vorige weblog Geen klaver, wel geluk? (27 juni 2024)
- Volgende weblog » Valbereid (30 augustus 2024)