Dodelijk vergezicht

Dodelijk vergezicht (1) een houtduif in betere tijden

Een harde klap, daar begon het mee. Echt hard. En het was niet meteen duidelijk waar het geluid vandaan was gekomen, van buiten ja, dat wel. Toen ik door het voorraam keek, in de veronderstelling dat er ergens in de straat iets moest zijn gebeurd, zag ik een enorme, stervormige slijmvlek op het glas met in het midden rode stippen. Ik wist het meteen: een noodlottig vliegincident. Buiten gekomen zag ik op het bankje de bijbehorende dode duif liggen. Op het oog geheel intact, de rode vlekken in het slijm bleken dan ook geen bloed maar halfverteerde bessen te zijn. Kennelijk was bij de klap tegen het raam de inhoud van zijn krop naar buiten geperst om aldaar de ster met inhoud te produceren. Vreemd wel, die bessen. De vroegste oogst, de krenten van de krentenboompjes, is nog niet rijp. Wel staat er een flinke krentenboom schuin aan de overkant, een plek waar de houtduiven graag en luidruchtig paren. De bessen tegen het raam moeten van de een of andere exoot zijn gekomen, een struik die ontijdig bloeit en bijgevolg ook ontijdig bessen draagt. De gesneuvelde duif, vervuld van liefde en een krop vol bessen, zal vanuit de krentenboom zijn opgevlogen naar het lonkende luchtruim in mijn voorraam en onwetend van het dodelijke gevaar van zulke vergezichten vloog hij volmaakt gelukkig de duivenhemel in.

Tags: