Grrras!!

Komende weken gaan we gras zien, veel gras, EK-gras. We volgen rondrennende, in oranje gehulde figuurtjes, maar zien vooral gras: het beeld is er geheel mee gevuld. Nederlands gras, zoals vaak bij grote toernooien. Aangevoerd in de vorm van zaad, soms zoden. Kort gras, gemaaid gras, niet-bloeiend gras, maar-wel-sterk gras, veel-wortel-en-veel-spruitengras, grasmatgras. Sauvignon-gras is het, maar geen wijn-gras, engels raaigras-variant-gras, onverslijtbaar-donker-bij-uitstek-heavy-duty-gras, weilandgras, sportgras, EK-gras.

Sportgras bloeit niet, daarvoor wordt het te vaak en te kort gemaaid. Het zou ook een merkwaardig gezicht zijn: voetbalvelden vol glimmende, hoogopgaande bloei-aren waarin de bal verdwijnt en spelers bij de eerste de beste goochelbal jammerlijk ten val komen. Maar het kán wel. Moet ook wel. Op grote graszaadakkers groeit het zaad voor nieuwe voetbalvelden, weilanden en gazons.

Gras dat niet bloeit is niet te herkennen. Gras is dan gewoon 'gras'. Nou ja, bijzondere grassen als maïs of riet vallen misschien al jong op. Maar verder is gras gewoon gras. Pas bij de bloei begin je verschillen te zien tussen de honderden (!) soorten. Nog steeds allesbehalve gemakkelijk - ook veel biologen breken bij veel van de soorten hun geleerde nek, grrrás! - maar sommige zijn met een beetje moeite wel te herkennen. Begin met de gewoonste, de meest voorkomende, die zó typisch zijn dat ze niet met andere grassen kunnen worden verward. En: niet teveel tegelijk! Zullen we zeggen drie?

Het straatgras (foto 1) is misschien wel de allergewoonste onder de grassen. Laag, lichtgroen, groeit eigenlijk overal waar wij ook komen: tussen de tegels, langs paden, in tuinen, in loopgras, op akkers, wereldwijd. Groeit snel, bloeit snel, zaait snel, verspreidt snel.
Het reukgras (foto 2) is wat hoger, kniehoog, rechtop, houdt minder van maaien en betreden, bloeit met langzaam caramelbruin wordende aren. Ook herkenbaar aan het toffee-aroma in de bloeistengel. Houdt zich op in armere graslanden, moerassen, duinvalleien en licht loofbos.
De vossenstaart (foto 3) is de grootste van de drie, buikhoog, rechtop, herkenbare vossenstaartvormige-bloeiaar: zacht, kan lila of geel zijn van de naar buiten hangende helmknoppen die het stuifmeel produceren. Zware graslanden, bermen, dijken en uiterwaarden

 

Tags: