Alsof er een wedstrijd honderd meter cirkelzagen is gestart, zo hard, zo lang en zo doordringend klinkt de Zangcicade als hij zijn aanwezigheid kenbaar meent te moeten maken. Overigens heb je hem dan nog lang niet gevonden, ook al is hij met een lengte van 4 tot 5 cm behoorlijk groot. Want schutgekleurd natuurlijk. En verdekt opgesteld in de struiken. Op het geluid af dan? Zijn vijanden zullen dezelfde neiging hebben, dus ook daar heeft hij iets op gevonden: de frequentie van zijn geluid maakt dat hij moeilijk te traceren is. Moeilijk, maar niet onmogelijk: kijk daar zit-ie.
Het geluid van de tropische Zangcicade van Bonaire - Yeye in het Papiaments - is gemeten en wat blijkt: hij doet slechts luttele decibellen onder voor een boormachine. Hij, want het zijn de mannetjes die met dit kabaal de vrouwtjes lokken voor - wat anders - de paring. Om dit indrukwekkende geluid te produceren zijn ze uitgerust met speciale orgaantjes in het achterlijf met membranen die in trilling kunnen worden gebracht. Het resultaat is tot op 1.5 km afstand te horen. Tussen de bedrijven door moet er ook gegeten worden, plantensap om precies te zijn, dat uit stengels en takken wordt gezogen.
Anders dan de volwassen Zangcicaden, leven de larven in de grond, waar ze zich voeden met wortels. Aan het eind van de droge tijd komen ze boven om te verpoppen en hun leven als volwassen cicade te beginnen. Ze worden daarom wel als voorspellers van regen c.q. de regentijd (globaal de wintermaanden) gezien.
Het zal mij benieuwen: ik heb de eerste Zangcicades al gehoord, maar nog geen druppel regen gezien!
- « Vorige weblog Olé, Olé, Oleander (10 oktober 2013)
- Volgende weblog » Strooien voor je leven (24 oktober 2013)