Verdwijnpunt
Jij bent
waar alles samenvalt
de tijd vertraagt
staat stil in jou
ik kom
ik convergeer
in strakgetrokken lijnen
langs jouw pad
van iets naar niets
van nu naar nooit
tot in het gat
in jou
waar alles samenvalt.
Verdwijnpunt is het titel- en slotgedicht van de bundel uit 2008, die gedichten bevat over veroudering en verval. En van oud zeer dat, in tegenstelling tot al het andere, juist niét wil slijten. Maar tegen het eind ademen de gedichten iets dat in de buurt van vrede komt, of in elk geval berusting. Met tot besluit dus dit gedicht dat refereert aan het effect dat iedereen van de tekenlessen op school kent: het magische punt waar alle lijnen naartoe lopen om daar te versmelten tot niets. Of alles. Waar ze verdwijnen of hun bestemming bereiken. Dat laatste, wat mij en dit gedicht betreft. En dat hoeft niet het einde te zijn, volgens de regels die er in de eerste versie nog aan waren toegevoegd: ... in jarenloze tussenstand / word ik geboren / adem weer / en wijk uiteen / in onbetreden land. Zoals de perspectieflijnen aan het einde van ons waarnemingsveld in één punt samenkomen, kunnen ze - daar voorbij - weer uitstralen in een nieuwe wereld, de liefde, het land van bestemming.